De resultaten zijn gebaseerd op een uitgebreid enquêteonderzoek onder Nederlandse inwoners van 18 jaar en ouder. Goedkoop scheefwonen komt vooral voor bij paren zonder kinderen in de leeftijdsgroep 34-64 jaar. Daarvan verdient bijna een derde te veel om de sociale woning te mogen wonen, blijkt uit het onderzoek.
Van de paren met kinderen heeft 13% een inkomen boven de sociale huurgrens. Bij jongeren, ouderen en alleenstaanden komt het veel minder voor. Zo geldt maar 2% van de paren van 65 jaar als goedkope scheefwoner.
Inzicht
Het exacte percentage scheefwoners is vanouds moeilijk te bepalen omdat woningbouworganisaties maar beperkt inzicht hebben in de inkomens van huurders. Veel corporaties ontzien deze categorie bewoners ook, mede omdat deze huurders in de huidige woningmarkt ook weinig andere keuze hebben dan te blijven zitten.
Nog onlangs bleek uit woononderzoek in de gemeente Amstelveen dat daar 12% van de bewoners van sociale huurwoningen een gezamenlijk inkomen boven de sociale huurgrens heeft.
Het aantal ’goedkope scheefwoners’ daalt wel al jaren. Sinds 2015 nam het aantal goedkope scheefwoners af van 266.000 naar 205.000 huishoudens in 2021, blijkt uit WoON. Bij onderzoek in 2012 constateerde het CBS nog dat ruim een kwart van de sociale huurders te veel verdiende. In hele regio Amsterdam waren het er vier jaar geleden 14%.
Scheefhuurders verdienen te veel voor het sociale huurhuis waarin zij wonen, die bedoeld zijn voor mensen met een lager inkomen. Toen de bewoners de sleutel van een sociale huurwoning kregen, voldeden zij wel aan de gestelde inkomenseisen. In de tussentijd zijn zij meer gaan verdienen, waardoor zij nu als scheefhuurder worden gezien.
Extra huurverhoging
Vanaf 1 juli dit jaar krijgen scheefwoners te maken met een extra huurverhoging. Mensen die in hun eentje in een sociaal huurhuis wonen en in 2020 meer dan 47.948 euro verdienden, moeten maandelijks 50 euro meer huur betalen. Wie meer verdient dan 56.527 euro betaalt 100 euro extra. Voor gezinnen gelden hogere inkomensgrenzen. Vorig jaar werden de huurprijzen in de sociale sector, in verband met de coronacrisis, niet verhoogd.
In Noord-Brabant is de groep scheefhuurders relatief het grootst. In 2021 stond zo’n 9% van de bewoners van die provincie te boek als scheefhuurder. Gelderland volgt met 7%. De onderzoekers verzamelden ook cijfers over de gemeenten met meer dan 100.000 inwoners. Binnen die groep vallen vooral Eindhoven, Breda en Zaanstad op met een bovengemiddeld aandeel scheefhuurders.
Volgens Marcel Trip van de Woonbond is het door de overheid opgeroepen beeld dat scheefhuurders voor een dubbeltje op de eerste rij zitten ’onterecht’. Volgens de woordvoerder zijn scheefhuurders vaak „mensen die iets meer zijn gaan verdienen, en vervolgens net boven de lage inkomensgrens uitkomen.” Volgens de Woonbond is niet duidelijk vast te stellen waarom het percentage scheefhuurders de afgelopen jaren is gedaald.
Bron: www.telegraaf.nl